- GOK
- Bijsprong
- Kinderverzorging
- Functiebeschrijving en evaluatie
- Taalscreening en taalintegratietrajecten
- Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur (TADD)
- Filmpje over vragen tijdens webinar Ronde van Vlaanderen voor basisonderwijs
- Filmpje over vragen tijdens webinar Ronde van Vlaanderen voor secundair onderwijs
- Filmpje over vragen over personeel tijdens webinar Ronde van Vlaanderen
Vragen over GOK
Komt er een apart statuut op basis van de wijzigingen Gelijke onderwijskansen?
Neen, de wijziging aan de regelgeving heeft geen implicaties voor personeelsinzet of statuut.
De SES-lestijden zijn gekleurd. Betekent dit dat met de SES-lestijden geen klassen meer opgesplitst kunnen worden?
De overheid bepaalt niet in detail hoe je de GOK-middelen concreet moet aanwenden. Als school geef je zelf vorm geven aan het GOK-beleid (geconcretiseerd in streefdoelen, indicatoren en een tijdspad), vanuit de context en de noden van je school. Je kiest dus zelf hoe je de middelen besteedt.
Je volgt wel het ruimer regelgevend kader. GOK-leerlingen lopen omwille van hun socio-economische status meer risico op leerachterstand. Het GOK-beleid moet de minder gunstige thuissituatie van de GOK-leerlingen compenseren, zodat ze maximaal kunnen leren. Daarom mag je de GOK-middelen niet afwenden naar andere leerlingen of andere doelen.
De onderwijsinspectie spreekt tijdens de reguliere doorlichting steeds een afzonderlijke evaluatie over het GOK-beleid uit. Ze bekijkt in welke mate het GOK-beleid overeenkomt met de kwaliteitsverwachtingen van het referentiekader onderwijskwaliteit (OK). Dat OK bevat uitdrukkelijk de kwaliteitsverwachting: “Het schoolteam biedt elke lerende een passende begeleiding met het oog op gelijke onderwijskansen”.
De onderwijsinspectie bekijkt ook hoe je de GOK-middelen aanwendt, in relatie tot de kwaliteitsverwachting en vanuit je eigen GOK-beleid. Het is dus belangrijk dat je de link kan aangeven tussen de kwaliteitsverwachting en je eigen GOK-beleid enerzijds en de keuzes die je maakt bij de aanwending van de GOK-middelen anderzijds.
Vragen over Bijsprong
Kan het buitengewoon onderwijs ook aanspraak maken op Bijsprong-middelen?
Ja, ook het buitengewoon onderwijs kan gebruik maken van deze Bijsprong-middelen.
Kunnen Bijsprong-uren ook aan leerkrachten TBSOB worden toegekend?
Ja, ook leerkrachten in TBSOB kunnen gebruik maken van deze uren.
Vanaf wanneer kan ik de middelen aanvragen?
De omzendbrief verduidelijkt de aanvraagprocedure. De middelen kunnen ingezet worden vanaf 1/9/2021.
Zal AGODI zorgen voor de berekening van het maximaal aantal uren?
AGODI zal op de dienstbrieven het maximale aantal uren vermelden. De berekening voor de eigenlijke aanvraag gebeurt door de school zelf.
Vragen over kinderverzorging
Worden de uren kinderverzoring herberekend op de instapdag?
Nee, de uren kinderverzorging worden niet herbekend op de instapdagen.
Spelen emotionele- of gedragsstoornissen ook een rol bij de berekening van de omkadering op basis van leerlingenkenmerken?
De aanwezigheid van emotionele-of gedragsstoornissen bij leerlingen wordt niet meegenomen als leerlingenkenmerk bij de berekening van omkadering van scholen voor gewoon onderwijs. Er kan wel ondersteuning vanuit het ondersteuningsmodel geboden worden.
Hoe gebeurt de afronding voor de uren kinderverzorging?
De gebruikelijke afrondingsregels worden gevolgd: als het eerste cijfer na de komma groter is dan vier, wordt er afgerond naar het hogere geheel getal. Als het eerste cijfer na de komma kleiner is dan of gelijk is aan vier wordt er afgerond naar het lagere geheel getal.
Vragen over functiebeschrijving en evaluatie
Wat houdt een opleiding tot evaluator precies in, telt een opleiding uit het (recente) verleden nog? Moet ik nog een opleiding volgen als ik al meer dan 10 jaar directeur ben? En moet een tweede evaluator ook een opleiding gevolgd hebben?
De regelgeving legt geen criteria op, noch naar inhoud, noch naar tijdstip. Wel geldt de verplichting voor iedere evaluator. Ook de huidige evaluatoren zullen, mochten ze nog geen opleiding gevolgd hebben, alsnog een opleiding moeten volgen. Zij krijgen daarvoor de tijd tot 1 september 2023.
We vertrouwen erop dat de organisatoren de nodige expertise hebben en een systeem van interne kwaliteitszorg hanteren in functie van het ontwikkelen van een kwaliteitsvolle opleiding. Net zoals bij andere professionaliseringsactiviteiten wordt er niet gewerkt met een systeem van ‘erkenning’ of ‘kwaliteitslabels. De scholen hebben de autonomie om zelf een professionaliseringsorganisatie te kiezen.
Organisaties kunnen zich registreren in de nascholingslijst van KlasCement en hun concreet aanbod daar bekendmaken.
Mag elk schoolbestuur binnen een scholengemeenschap met meerdere schoolbesturen, een eigen functiebeschrijving maken?
Van bij de invoering van de evaluatieprocedure is in de regelgeving voorzien dat er algemene afspraken moeten gemaakt worden over de functiebeschrijvingen en over de evaluaties. Het opstellen van de kerntaken gebeurt vanaf schooljaar 2021-2022 in het kader van die algemene afspraken. Er wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen scholen die al dan niet tot een scholengemeenschap behoren.
Voor de scholen die niet tot een scholengemeenschap behoren, kunnen er binnen het schoolbestuur algemene afspraken gemaakt worden. Voor de scholen die wel tot een scholengemeenschap behoren, worden die algemene afspraken in principe binnen de scholengemeenschap gemaakt aangezien het personeelsbeleid gemeenschappelijk is binnen een scholengemeenschap.
Maar zoals voor alle andere bevoegdheden van de scholengemeenschappen geldt ook hier dat scholen binnen een scholengemeenschap ook kunnen afspreken om ieder apart afspraken te maken. Een absolute verplichting om het gemeenschappelijk vast te leggen binnen de scholengemeenschap is er dus niet, maar wordt wel aangeraden.
Kan er ook een functiebeschrijving opgesteld worden voor niet-organieke ambten zoals directeur coördinatie SG, preventieadviseur, stafmedewerker (BaO)?
Er moeten kerntaken opgemaakt worden per ambt en desgevallend, indien een ambt meerdere inhoudelijke invullingen kan krijgen, per functie. Ook een directeur coördinatie SG, een preventieadviseur of een stafmedewerker is steeds aangesteld in een ambt en oefent binnen dat ambt een specifieke functie uit. Voor die specifieke functie moeten er dus kerntaken vastgelegd worden.
Valt toezicht in de eigen klas tijdens de middagmaaltijd in het basisonderwijs onder klaseigen leerlingenbegeleiding?
Een aantal taken mogen niet verplicht opgelegd worden aan de personeelsleden van het basisonderwijs en kunnen bijgevolg niet in de functiebeschrijving opgenomen worden. Middagtoezicht houden is opgenomen in die lijst in het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 betreffende de opdracht van het personeel in het basisonderwijs.
Moet er van informele functioneringsgesprekken een spoor zijn in het personeelsdossier en wat zijn dan de vormvereisten?
De regelgeving legt geen enkele vormvereiste op voor deze informele functioneringsgesprekken. Wil men dit lokaal wel voorzien, dan kan men daarover algemene afspraken maken.
Wanneer er slechts met enkele personeelsleden een formeel functioneringsgesprek wordt gehouden, kan dit dan aanzien worden als 'pesten door de evaluator' als het personeelslid dit aanvoelt als 'geviseerd’ worden'?
Nee, de regelgeving voorziet dat functioneringsgesprekken zowel formeel als informeel kunnen georganiseerd worden. Ook hier is het mogelijk om hierover via het lokaal overleg algemene afspraken te maken. Zo kan men lokaal eventueel afspreken om alle functioneringsgesprekken formeel te organiseren, al dan niet met de afspraak om er ook een verslag van op te maken.
De decretale verplichting om een formeel functioneringsgesprek te houden, geldt enkel voor de personeelsleden bij wie ernstige tekortkomingen worden vastgesteld.
Wanneer je een driejaarlijkse cursus hebt gevolgd als directeur, moet je dan nog een cursus volgen om evaluator te kunnen zijn?
We gaan ervan uit dat de koepels en het gemeenschapsonderwijs in die cursus ook een opleiding tot evaluator opnemen. Is dat het geval, dan volstaat dat.
Vragen over taalscreening en taalintegratietrajecten
Wat bij autonome lagere scholen? Gebeurt screening dan in de kleuterscholen waar de kinderen voordien naar school gingen? Wordt info door vorige school doorgespeeld?
Een autonome lagere school zal vanaf schooljaar 2021-2022 in principe geen taalscreening meer moeten afnemen, tenzij er leerlingen zijn die vervroegd in het lager onderwijs instappen en dus bij het begin van hun leerplicht in deze lagere school beginnen.
Wat betreft het doorgeven van informatie vanuit de kleuterschool naar de autonome lagere school, gelden de algemene principes van overdracht leerlingendossier bij schoolverandering. Meer toelichting hierover vind je in deze omzendbrief.
Kan KOALA ook op tablet afgenomen worden?
Voor het schooljaar 2021-2022 is enkel een afname op papier mogelijk. Aan de softwareleveranciers en de educatieve uitgeverijen zullen de bestanden ter beschikking gesteld worden om digitale afname in de toekomst mogelijk te maken.
Is KOALA ook beschikbaar voor BuBaO op Mijn Onderwijs?
KOALA is niet ontwikkeld voor het buitengewoon onderwijs. Toch krijgen ook scholen in het buitengewoon basisonderwijs het instrument ter beschikking via Mijn Onderwijs. Bij afname in het buitengewoon onderwijs zal er wel steeds rekening mee moeten gehouden worden dat er bij de ontwikkeling geen scholen voor buitengewoon onderwijs in het kalibratieonderzoek aanwezig waren.
We zijn nog een autonome lagere school. Nemen wij in 2021 nog in het eerste leerjaar de salto toetsen af ?
Vanaf het schooljaar 2021-2022 vervalt de afname van een taalscreening bij leerlingen die voor het eerst in het gewoon lager onderwijs instromen. Autonome lagere scholen moeten dus geen taalscreening meer organiseren, behalve wanneer ze 5-jarigen in hun school hebben (vervroegde instap in het lager onderwijs). Het staat elke lagere school evenwel vrij om toch nog te screenen en, wanneer dit gebeurt, om hiervoor het SALTO instrument te gebruiken.
Krijgen autonome lagere scholen hiervoor ook extra middelen?
De extra middelen worden bepaald op basis van het aantal 4-jarigen thuistaal niet-Nederlands en zijn bedoeld voor de taalintegratietrajecten voor de 5-jarigen. Autonome lagere scholen krijgen geen extra middelen. Op een uitzondering na zullen zij immers geen 5-jarigen in hun school hebben.
Hoe moet je een bijkomend taalbad organiseren in scholen met heel veel anderstalige leerlingen waar je al vanaf de onthaalklas een rijke talige omgeving met veel luister- en spreekkansen creëert?
Vanuit de context van de school (in dit geval veel anderstaligen) kan gezocht worden naar het meest geschikte taalintegratietraject voor de leerlingen die dergelijk traject nodig hebben. Het taalintegratietraject is in beginsel een taalbad, maar ook elk ander volwaardig alternatief dat dezelfde resultaten bereikt is mogelijk. Scholen kunnen bij de vormgeving ondersteuning krijgen vanuit hun pedagogische begeleidingsdienst. Ook kunnen ze inspiratie vinden in de praktijkgids die ter inspiratie voor scholen ontwikkeld is: Praktijkgids voor taalondersteuning in kleuter-, lager en secundair onderwijs.
Wat moeten scholen doen die geen middelen i.v.m. taalintegratie kregen. Zij hebben ook taalarme kinderen.
Scholen die zelf geen punten taalintegratietrajecten genereren (omdat ze geen 4-jarigen met thuistaal niet-Nederlands hebben) kunnen, wanneer de scholengemeenschap dit beslist, dergelijke punten vanuit de scholengemeenschap toebedeeld krijgen. Ook kunnen taalintegratietrajecten vanuit andere omkadering georganiseerd worden.
Er wordt een schoolfeedbackrapport gemaakt na KOALA. Wanneer wordt dit rapport afgeleverd aan de scholen?
Het excel bestand waar de scores moeten ingegeven worden en op basis waarvan een rapport gegenereerd wordt is ter beschikking via Mijn Onderwijs.
Mogen de extra zorgpunten gebruikt worden voor bijkomende aanstelling van de zoco's en/of onderwijzer of verplicht voor de aanstelling van kleuteronderwijzers?
In de zorgpunten taalintegratietrajecten kunnen personeelsleden aangesteld worden zoals in de andere zorgpunten.
Wanneer krijgen we die bundel?
KOALA is sinds juli via Mijn Onderwijs ter beschikking gesteld.
De uren taalondersteuning op Mijn Onderwijs zijn voor de 4-jarigen. De taalscreening bij de 5-jarigen. Wie volgt dan de taaltrajecten van de 5-jarigen op? Komen daar ook nog uren voor?
Aangezien de zorgpunten taalintegratie berekend worden op basis van de leerlingengegevens van het voorafgaande schooljaar, zijn de 4-jarigen van het voorafgaand schooljaar wel degelijk de 5-jarigen in het jaar van de taalintegratietrajecten. Bijv. de zorgpunten voor de 5-jarigen in 2021-2022 worden berekend op de 4-jarigen in 2020-2021. Dat is dezelfde cohorte leerlingen dus.
10 minuten per kleuter.... 60 kleuters in de derde kleuterklas is 600 minuten minstens... dat is 10 uur... wie gaat dat coördineren en organiseren?
De taalscreening kan afgenomen worden verspreid over de periode 10 oktober - 30 november. Dat gebeurt idealiter door iemand waarmee de kinderen vertrouwd zijn (eigen juf of meester, zorgcoördinator ...). De extra punten zorg voor taalintegratie zijn inzetbaar sinds 1 september 2021 en kunnen dus ook voor de afname gebruikt worden.
Wat met kinderen die dit jaar blijven zitten in de 3de kleuterklas? Die zijn 6, mogen we die volgend schooljaar ook nog testen?
De taalscreening wordt nu afgenomen bij de 5-jarigen. Het KOALA instrument is bedoeld voor 5-jarigen. Het is niet de bedoeling om het te gebruiken voor 'hertesting' bij oudere kinderen.
Hoe krijgen we zicht op de taalvaardigheid van de leerlingen die momenteel in het eerste leerjaar zitten? Dreigen deze leerlingen niet door de mazen van het net te glippen?
Het staat elke lagere school vrij om deze leerlingen te screenen, ook al is dit geen verplichting vanuit de regelgeving.
Taalscreening: worden de resultaten van de KOALA-test geregistreerd?
De resultaten van de KOALA-test blijven in de school. Ze worden niet centraal geregistreerd.
Vragen over TADD
Alle vragen en antwoorden over TADD vind je gebundeld in volgend document: