- Wat zijn redelijke aanpassingen?
- Gewoon of aangepast leerprogramma, met ondersteuning
- Extra informatie
Wat zijn redelijke aanpassingen?
Een school voor gewoon onderwijs is in principe verantwoordelijk voor het onderwijs aan alle leerlingen. Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften doet een school redelijke aanpassingen. Dat behoort tot haar zorgbeleid.
Voorbeelden van redelijke aanpassingen:
- Compenseren: hulpmiddelen toelaten die het leren gemakkelijker maken, zoals een laptop met leessoftware of een spellingcorrector voor een leerling met dyslexie
- Remediëren: individuele leerhulp aanbieden
- Differentiëren: variatie aanbrengen in de leerstof en de aanpak, om beter te kunnen inspelen op de noden van individuele leerlingen
- Dispenseren: een leerling vrijstellen van onderdelen van het leerprogramma en die vervangen door gelijkwaardige doelen en activiteiten
Als meer uitgebreide zorg nodig blijkt, bepaalt het CLB welke zorg, samen met de school en de ouders.
Gewoon of aangepast leerprogramma, met ondersteuning
Gemeenschappelijk leerprogramma
Voor een aantal leerlingen volstaan redelijke aanpassingen om hetzelfde leerprogramma te volgen als alle andere leerlingen.
Zij moeten voldoen aan de toelatings- en overgangsvoorwaarden van het gewoon onderwijs.
Volgt je kind het gewone leerprogramma (het gemeenschappelijk curriculum), maar is extra ondersteuning nodig? Dan kan het leersteun vanuit het leersteunmodel krijgen. Lees meer over het leersteunmodel.
Individueel aangepast leerprogramma
Leerlingen voor wie de aanpassingen die de school moet doen om met de leerling de gewone leerdoelen te halen, onredelijk of onvoldoende zijn, hebben een individueel aangepast curriculum of leerprogramma nodig.
Er wordt dan een IAC-verslag opgemaakt.
Er zijn 2 mogelijkheden:
- Inschrijven in een school voor gewoon onderwijs
- In dat geval moet de school met het CLB, de klassenraad en de ouders nagaan of een individueel aangepast curriculum mogelijk is. Vindt de school voor gewoon onderwijs de aanpassingen die daarvoor nodig zijn, niet redelijk, dan kan zij de inschrijving weigeren. Ze moet die beslissing motiveren.
- Na de inschrijving in de school voor gewoon onderwijs kunnen je kind, de leerkrachten en het schoolteam leersteun krijgen vanuit het leersteunmodel. Lees meer over het leersteunmodel.
Met een individueel aangepast curriculum maakt je kind jaarlijks studievoortgang op basis van een attest van verworven bekwaamheden. Je kind krijgt dan meestal niet de gewone studiebekrachtiging zoals het getuigschrift basisonderwijs, het getuigschrift van de 1ste graad secundair onderwijs, of het diploma secundair onderwijs.
Alleen als de doelen van zijn aangepaste curriculum gelijkwaardig zijn met de doelen van het gemeenschappelijk curriculum, kan de klassenraad toch de gewone studiebekrachtiging uitreiken aan je kind. De klassenraad beoordeelt die gelijkwaardigheid. De onderwijsinspectie kan tijdens de doorlichtingen nagaan hoe de klassenraad daarmee omgaat.
- In dat geval moet de school met het CLB, de klassenraad en de ouders nagaan of een individueel aangepast curriculum mogelijk is. Vindt de school voor gewoon onderwijs de aanpassingen die daarvoor nodig zijn, niet redelijk, dan kan zij de inschrijving weigeren. Ze moet die beslissing motiveren.
- Inschrijven in een school voor buitengewoon onderwijs. Je kind volgt dan een individueel aangepast curriculum in een aparte school voor buitengewoon onderwijs.
Extra informatie
Verwante pagina's
- Ondersteuning voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
- Onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
- Leersteunmodel
- Het GC-verslag, IAC-verslag en OV4-verslag
- Aan de slag met voorleessoftware op school