Wat is een zomerschool?
Een zomerschool is een gevarieerd en doelgericht aanbod van onderwijs- en vrijetijdsactiviteiten dat gekoppeld is aan de individuele leernoden van de deelnemende leerlingen. Internationaal onderzoek wijst al langer op het belang van zomerscholen: behalen van leerwinst, positieve effecten op welbevinden, meer zelfvertrouwen, groeien in sociale vaardigheden … Ook in Vlaanderen bewijzen de zomerscholen hun nut.
In een zomerschool wordt gewerkt aan volgende doelstellingen: de algemene competenties van de leerlingen, en/of remediëren van de leerachterstand van de leerlingen. Leerlingen uit het basis- en het secundair onderwijs vormen de doelgroep.
Het opsporen, remediëren of voorkomen van leerverlies en leerachterstand moet natuurlijk eerst binnen de reguliere onderwijstijd worden aangepakt. Bij sommige groepen leerlingen lukt dat echter niet zonder daarbij de leerprestaties van andere (sterkere) leerlingen in het gedrang te brengen. Het doel van de zomerscholen is dan ook om maatwerk te bieden aan kleine groepen kinderen en jongeren zodat zij (en hun leerkrachten en ouders) zich bij de aanvang van het schooljaar 2024-2025 gesterkt weten.
Een accent op lezen en/of STEM wordt zeer gewaardeerd.
De zomerscholen gaan ondertussen voor de 5de keer door. Dat betekent dat er al heel wat expertise is opgebouwd waar organisatoren van zomerscholen deze zomer gebruik van kunnen maken. Neem zeker een kijkje in het overzicht van materiaal ter ondersteuning en inspiratie of raadpleeg het materiaal dat in opdracht van de Vlaamse overheid al werd ontwikkeld.
De zomerscholen vinden plaats in de zomervakantie van 2024. Info over de duur van de zomerscholen lees je op de pagina over zomerscholen.
Voor wie
De oproep ‘zomerscholen 2024’ richt zich tot het onderwijsveld, lokale besturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie in samenwerking met de vele partners op het terrein. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor financiële ondersteuning lees je op deze pagina.
Dien je aanvraag in
Wil je in 2024 een zomerschool inrichten? Dien via het e-formulier je aanvraag in. Bekijk een blanco versie van het aanvraagformulier (pdf, 27p.) (501 kB). Een zomerschool aanvragen kan tot en met 31 mei 2024. Raadpleeg daarbij ook het document met de richtlijnen voor financiële verantwoording (pdf, 5p.) (115 kB).
Projectoproep
1. Projectdoelstellingen en aanbod
In een zomerschool staat het leren van schoolse kennis en vaardigheden centraal. Er wordt zoveel mogelijk doelgericht, en op maat van de leerlingen gewerkt. Een zomerschool kan zowel het remediëren van leerachterstanden beogen, als het werken aan algemene competenties.
Internationaal onderzoek wijst al langer op het belang van zomerscholen: behalen van leerwinst, positieve effecten op welbevinden, meer zelfvertrouwen, groeien in sociale vaardigheden …
Ook in Vlaanderen bewijzen de zomerscholen hun nut. Onderwijseconoom Kristof De Witte stelt overtuigend in Klasse: “Extra instructietijd in kleine groepen met ervaren leraren en de focus op kernleerstof: niet verwonderlijk dat dit initiatief een succesrecept is om de achterstand bij minder sterke leerlingen te beperken. Onderzoek bevestigt ook dat onze lange zomervakantie negatieve gevolgen heeft. Bij kwetsbare leerlingen het sterkst, maar door die 2 maanden stilstand gaan bij elk kind inspanningen van het voorbije schooljaar verloren".
Bijzondere aandacht voor de meest kwetsbare doelgroepen is heel belangrijk. Om een gerichte aanpak te garanderen, is een keuze voor een beperkt aantal duidelijke doelen (zoals leesvaardigheid of STEM-vaardigheden verbeteren) noodzakelijk. Een heldere communicatie hierover met alle betrokkenen (coördinator, lesgevers, vrijwilligers …) van de zomerschool is essentieel, zodat iedereen zich achter deze doelen kan scharen.
Het onderwijsaanbod wordt uitgebreid met een vrijetijdsaanbod waarin er kan ingezet worden op (educatieve) sport- en spelvormen of de realisatie van bijkomende doelstellingen. Voorbeelden van dergelijke doelstellingen zijn het verhogen van zelfvertrouwen van de jongeren/kinderen, het ontwikkelen van sociale vaardigheden of het bevorderen van schoolse betrokkenheid. Het schools karakter wordt hierin minder benadrukt. Er kunnen ook (educatieve) uitstappen georganiseerd worden, zoals bijvoorbeeld een bezoek aan een lokaal bedrijf of een technologiecentrum in de buurt.
Concreet moet per periode van 10 dagen zomerschool ongeveer de helft van de tijd besteed worden aan de schoolse kennis en vaardigheden. In de andere helft van de tijd kan er meer ingezet worden op het vrijetijdsaanbod. Integratie van beide kan, en vergroot de meerwaarde van het zomerschoolaanbod.
Het onderwijs wordt aangeboden via maatwerk aan leerlingen, bij voorkeur in kleine groepen. De concrete invulling van de groepsverdeling en -groottes behoort tot de autonomie van de zomerscholen. Zij beslissen immers zelf over hun pedagogisch-didactische aanpak, rekening houdend met de behoeften en achtergrond van de leerlingen. Wetenschappelijke literatuur wijst op het belang van werken met kleine groepen. De didactiek wordt in elk geval afgestemd op de invulling van het maatwerk en de specifieke noden van de individuele leerlingen.
Het kunnen bieden van maatwerk, vraagt een goed zicht op de noden van de leerlingen. Goed kunnen inschatten welke de beginsituatie van de leerlingen is en welke hun leernoden zijn, impliceert een overdracht van essentiële informatie over de leerlingen, tussen de scholen waar ze vandaan komen en de zomerschool. De lesgevers dienen immers over alle essentiële informatie te beschikken om op maat te kunnen werken en te evalueren. Het in kaart brengen van de individuele noden gebeurt bij voorkeur voor de start van de zomerschool. Op die manier kan de effectieve lestijd tijdens de zomerschool worden geoptimaliseerd.
Zowel het vroeg analyseren van de noden als het in kaart brengen van de vorderingen zijn van groot belang. Een goed zicht op de beginsituatie van de leerlingen, helpt om de vorderingen van de leerlingen tijdens de zomerschoolweken in kaart te brengen. Na afloop van de zomerschool is het zowel voor de ouders als voor de school waar de leerling in september zal starten, relevant om de weg te kennen die de leerling heeft afgelegd.
Het aanbod wordt bij voorkeur lokaal georganiseerd, zodat de zomerscholen goed bereikbaar zijn voor leerlingen en er een schoolnabije werking kan worden gegarandeerd. Ook relevante lokale organisaties zoals bijvoorbeeld jeugdverenigingen, sportverenigingen, welzijnsorganisaties, bedrijven, culturele instellingen … kunnen op die manier betrokken worden.
Het aanbod is gratis voor de deelnemers en de leerlingen nemen deel op vrijwillige basis. Een leerling kan m.a.w. niet verplicht worden tot deelname aan een zomerschool. Wel hebben klassenraden en/of het betrokken CLB, maar ook lokale partners zoals bv. jeugdwerking, welzijnsorganisaties … een cruciale rol in de stimulering en toeleiding van leerlingen naar de zomerscholen. Ook lesgevers engageren zich op vrijwillige basis voor het opnemen van een coördinerende, pedagogische of ondersteunende rol binnen de zomerschool.
Om de hoger geschetste doelen zo goed mogelijk te kunnen realiseren, kunnen scholen die een zomerschool willen opzetten, beroep doen op de regierol van het lokale bestuur (zie verder in punt 3). Lokale besturen die deze regierol willen opnemen, kunnen een coördinerende en ondersteunende functie opnemen in de verschillende fases van de organisatie.
2. Doelgroep
De zomerscholen zijn bedoeld voor kleuters en leerplichtige leerlingen uit het:
- Gewoon en buitengewoon basisonderwijs
- Gewoon secundair onderwijs (inclusief OKAN, stelsel voor leren en werken, duale en aanloopstructuuronderdelen)
- Buitengewoon secundair onderwijs: alle opleidingsvormen (inclusief duale structuuronderdelen)
Ook kleuters, leerplichtige kinderen en jongeren die in het kader van de Oekraïnecrisis tijdelijk in België verblijven kunnen deelnemen aan de zomerscholen. Het kan hierbij zowel gaan om leerlingen die ingeschreven zijn in een school die erkend, gefinancierd of gesubsidieerd wordt door de Vlaamse Overheid, als om kinderen die huisonderwijs volgen, als om kinderen die recent in het land zijn aangekomen.
Het staat de organisatoren vrij om te kiezen op welke doelgroep ze zich richten. Een logische keuze is dat een lagere school haar zomerschoolaanbod richt op leerlingen uit het lager onderwijs, maar het is ook mogelijk dat een secundaire school een aanbod organiseert voor leerlingen van het 5de en 6de leerjaar lager onderwijs.
Er wordt van leerlingen verwacht dat ze voor de hele duur van de zomerschool deelnemen.
3. Organisatoren en samenwerkingsverbanden
3.1 Organisatoren
Een zomerschool kan enkel georganiseerd worden door:
- Onderwijsinstellingen van het basisonderwijs en het secundair onderwijs (erkend, gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap)
- Lokale besturen
- De Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het Nederlandstalig onderwijs in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Zij zijn de enige actoren die een aanvraag kunnen indienen. Ze kunnen daarbij met verschillende partners samenwerken, en ook onderling kunnen scholen en lokale besturen samenwerkingsverbanden opzetten. Zie daarvoor punten 3.2 en 3.3.
3.2 Regierol lokale besturen
Binnen deze oproep krijgen de lokale besturen bijkomende middelen als ze een regierol opnemen. Dit wil zeggen dat ze voor alle of verschillende zomerscholen op haar grondgebied de regie op zich neemt of dat ze bij het zelf organiseren van een zomerschool regietaken vervult. Om voor de middelen voor regierol in aanmerking te komen, moeten – naast het lokaal bestuur – minstens 2 onderwijsinstellingen betrokken zijn bij de zomerscholen.
In dat geval wordt er slechts 1 aanvraag ingediend door het lokaal bestuur. Dit betekent dat de scholen waarover het lokaal bestuur een regierol uitoefent, geen eigen (aparte) aanvraag indienen.
De regierol bestaat minimaal uit de volgende taken:
- Ondersteuning bieden aan de onderwijsinstellingen in kwestie bij de lokale organisatie van zomerscholen. De ondersteuning kan bestaan uit de volgende opdrachten:
- Partners zoeken die het aanbod van de zomerscholen mee vorm geven om de doelstellingen te realiseren en een brugfunctie vervullen tussen die partners en de onderwijsinstellingen.
- Infrastructuur, didactisch materiaal of ander materiaal ter beschikking stellen om de zomerscholen te organiseren.
- Afstemming verzekeren tussen het lokale aanbod van de zomerscholen en eventueel zelf een complementair aanbod organiseren. Een complementair aanbod betekent dat het lokaal bestuur een aanbod in een onderwijsniveau of -richting organiseert dat geen deel uitmaakt van het door de betrokken scholen op het grondgebied georganiseerde aanbod of dat het lokaal bestuur autonoom – zonder medewerking van de scholen op het grondgebied – een aanbod voorziet.
- Een gezamenlijke subsidieaanvraag indienen voor de zomerscholen die lokaal georganiseerd worden, en instaan voor de administratieve afhandeling ervan.
- Instaan voor de toeleiding van leerlingen naar het aanbod van de zomerscholen.
- Leerlingen, hun ouders en eventueel andere betrokken actoren informeren over het lokale aanbod van zomerscholen.
- Instaan voor de communicatie over het lokale aanbod van zomerscholen.
Lokale besturen kunnen voor het opnemen van deze regierol een samenwerking met andere lokale besturen aangaan. Deze samenwerking gebeurt bij voorkeur binnen de afgebakende referentieregio’s zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 12 maart 2021. Bekijk het overzicht van de afgebakende referentieregio's.
Ook zonder de betrokkenheid van onderwijsinstellingen kunnen lokale besturen zomerscholen organiseren.
3.3 Samenwerkingen
Lokale samenwerkingen
De organisatoren kunnen voor de organisatie van een zomerschool of het opnemen van de regierol onderling samenwerken of samenwerken met instellingen van het volwassenenonderwijs, instellingen van het hoger onderwijs, of andere organisaties.
De betrokken gemeenten duiden dan een indienende (trekkende) gemeente aan die de aanvraag doet. De indienende gemeente beschikt over een machtiging van de andere lokale besturen om in hun naam de aanvraag in te dienen.
Ook onderwijsinstellingen kunnen onderling samenwerken om zomerscholen te organiseren, bijvoorbeeld onder de vorm van een scholengroep of scholengemeenschap. Naar analogie met de samenwerking tussen lokale besturen, duiden ook zij een indienende (trekkende) school die in naam van het samenwerkingsverband de aanvraag doet.
Zowel onderwijsinstellingen als lokale besturen kunnen voor hun aanbod van zomerscholen ook samenwerken met andere organisaties of initiatieven:
Het kan gaan om:
- Organisaties die ondersteuning bieden rond die delen van het curriculum waar de zomerschool op inzet (bv. STEM-academies, organisaties die inzetten op leesbevordering zoals bibliotheken, erkende ondernemingen in het kader van duaal leren, de regionale technologische centra voor technologische kennis, apparatuur en infrastructuur ...).
- Organisaties die een bijdrage kunnen leveren aan de vormgeving van het vrijetijdsaanbod (bv. jeugd- en vrijetijdsorganisaties, sportclubs, kunstacademies …).
- Organisaties die lokaal verankerd zijn, en een bijdrage kunnen leveren aan toeleiding of contacten met specifieke doelgroepen (bv. welzijnsorganisaties, jeugdwerking …).
- Reeds bestaande zomerscholen of andere initiatieven die al hun nut bewezen hebben op het vlak van individuele leerondersteuning.
- Instellingen uit het volwassenenonderwijs.
- Organisaties die actief zijn op het vlak van traumaverwerking, psychologische bijstand en ondersteuning …
Instellingen voor deeltijds kunstonderwijs (“academies”) kunnen in het bijzonder een grote meerwaarde betekenen. Zij hebben niet alleen didactische en artistieke expertise maar beschikken vaak over eigen ateliers. Daardoor kan het vrijetijdsaanbod ook een sterk cultuureducatieve invulling krijgen én kan het deeltijds kunstonderwijs zich kenbaar maken bij (ouders van) kinderen en jongeren die er anders weinig tot niet mee zouden in aanraking komen.
Onderwijsinstellingen en lokale besturen die een samenwerkingsverband aangaan met andere partners, beslissen in onderlinge afstemming wie welke rol opneemt doorheen het traject en maken hierover interne afspraken (al dan niet vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst).
De organisatoren kunnen een voorstel tot zomerschool indienen aan de hand van het digitaal aanvraagformulier. Als ze een samenwerkingsverband aangaan met een organisatie, dan vermelden ze dat in de aanvraag.
Als je een samenwerkingsverband aangaat, ben je ook verantwoordelijk voor de kwaliteitsvolle uitvoering van het deel van het project dat door de partners wordt uitgevoerd. Dit impliceert ook de controle op de daaraan verbonden besteding van de middelen
DynamoOPWEG
Zomerscholen kunnen ook dit jaar gratis met bus of tram van De Lijn op uitstap naar musea, bibliotheken of culturele organisaties. Een unieke kans, zeker voor een doelgroep die moeilijker in contact komt met het cultureel aanbod.
De laagdrempelige online aanvraag dien je in via een scholenpagina of een speciaal aangemaakte pagina voor lokale besturen op cultuurkuur.be.
Een voucher geldt als vervoersbewijs voor maximaal 30 leerlingen en geeft een culturele bestemming aan. De rit moet gebeuren tijdens de daluren (tussen 9 uur en 15.30 uur en na 18.30 uur) en op zaterdag voor het deeltijds kunstonderwijs.
Je ontvangt een vervoersbewijs om zo gratis gebruik te maken van bussen en trams van De Lijn via hun bestaande dienstregeling.
Wil je als lokaal bestuur een zomerschool op een andere locatie organiseren dan een school? Neem dan minstens 2 weken voor de start van de zomerschool contact op via canon@ond.vlaanderen.be. Zo kunnen de administratieve en technische formaliteiten tijdig in orde gebracht worden tegen de start van de zomerschool.
De dynamoOPWEG aanvraag wordt automatisch goedgekeurd als deze voldoet aan de opgelegde criteria. Het systeem is erg gebruiksvriendelijk, na goedkeuring is het gratis groepsticket meteen af te printen. Het vervoersbewijs kan ook via de smartphone getoond worden aan de buschauffeur of trambestuurder.
4. Personeel zomerscholen en hun verloning
4.1 Het personeel van de zomerscholen: wie
Lees meer over het personeel van de zomerscholen op deze pagina.
4.2 Aanstelling en verloning
Lees meer over aanstelling en verloning op deze pagina.
5. Locatie van de zomerscholen
De zomerschool vindt plaats op om het even welke geschikte locatie in Vlaanderen of Brussel. Dit hoeft zeker niet beperkt te worden tot fysieke schoolomgevingen. Zo behoren culturele centra en gemeenschapscentra, gemeentelijke infrastructuur, bibliotheken, musea ... ook tot de mogelijkheden.
De zomerscholen moeten uiteraard plaatsvinden op locaties die voldoen aan de voorwaarden op vlak van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne.
6. Looptijd
De zomerscholen vinden plaats in de zomervakantie van 2024. De duur van een zomerschool bedraagt 10 volle dagen of 20 halve dagen. In afwijking hiervan, kan voor leerlingen die in het buitengewoon onderwijs ingeschreven zijn, de duur beperkt worden tot 5 volle dagen of 10 halve dagen. De organisator van de zomerschool doet daarvoor een gemotiveerde aanvraag bij de indiening van het zomerschoolproject.
Om aan de pedagogische doelstellingen voldoende te kunnen realiseren heeft een zomerschool een duur van 10 opeenvolgende volledige dagen of 20 halve dagen. Het aanbod wordt daarbij zoveel mogelijk afgestemd op de individuele leernoden van de deelnemende leerlingen. De organisatoren beslissen wel zelf over hun pedagogische en didactische aanpak, rekening houdend met de behoeften en achtergrond van de leerlingen. Eventueel kan het wenselijk of noodzakelijk zijn om de zomerschool te onderbreken o.w.v. een noodzakelijke rustdag, een wettelijke feestdag e.d.
7. Indiening en kwaliteitszorg
Een onderwijsinstelling of lokaal bestuur dat 1 of meerdere zomerscholen wil organiseren kan een aanvraag voor financiële ondersteuning (subsidie) doen tot en met 31 mei 2024 via een online formulier.
De criteria voor het nazicht van de aanvragen zijn:
- Een volledig ingevuld aanvraagformulier.
- De aanvraag bevat een aanbod dat beantwoordt aan de voorwaarden van de oproep.
- De aanvraag is opgesteld in het Nederlands.
- De regierol beantwoordt aan de minimale omschrijving zoals opgenomen in punt 3.2 van de oproep (indien van toepassing).
- De aanvraag bevat een motivering waarom de organisator van een zomerschool de maximale duur wenst te beperken tot 5 volle dagen of 10 halve dagen (indien van toepassing).
De zomerscholen moeten worden georganiseerd in overeenstemming met de bepalingen van het decreet van 3 juni 2022 over de organisatie van zomerscholen en het besluit van de Vlaamse Regering van 2 september 2022 tot bepaling van de procedure van indiening, goedkeuring en evaluatie van de projecten voor de organisatie van zomerscholen, en de wijze van toekenning van de projectsubsidies voor de organisatie van zomerscholen, en de verdere concretisering ervan binnen deze oproep.
Via de oproep worden ook een aantal engagementen gevraagd met het oog op de organisatie van de zomerschool (bv. kosteloosheid van het aanbod) en het ter beschikking houden van een aantal documenten (zoals uittreksels strafregister en financiële gegevens).
Het nazicht van de hogervermelde criteria en afhandeling van de aanvragen gebeurt zo vroeg mogelijk zodat de klassenraden de zomerscholen tijdig kunnen meenemen in hun advies aan de leerlingen en hun ouders. De afhandeling gebeurt door het Departement Onderwijs en Vorming en het Agentschap Binnenlands Bestuur.
De kwaliteitsbewaking van de zomerscholen is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de organisatoren. De aandachtspunten, zoals uiteengezet onder punt 1 van de oproep, vormen hierbij het kader. Van de organisatoren wordt verwacht dat zij de noodzakelijke randvoorwaarden creëren opdat de lesgevers de vooropgestelde doelen kunnen realiseren (rekening houdend met de individuele noden van de leerlingen), de vorderingen van de leerlingen in kaart kunnen brengen en doelgerichte feedback kunnen geven. Deze feedback is belangrijk voor leerlingen, hun ouders en de school waar de leerlingen het volgende schooljaar schoollopen. Als de zomerscholen hierover gericht een aantal gegevens bijhouden, kunnen deze gebruikt worden voor het eventueel verzamelen van input ten behoeve van het onderwijsbeleid.
De organisatoren kunnen voor de vormgeving van hun interne kwaliteitszorg een beroep doen op:
- De ondersteuning van een pedagogische begeleidingsdienst.
- Het materiaal ter ondersteuning en inspiratie (zie ook punt 10 voor meer uitleg).
- Het materiaal dat in opdracht van de Vlaamse overheid al werd ontwikkeld.
8. Financiering
De financiering van de zomerscholen bestaat uit 2 delen:
- De financiering van het onderwijs- en vrijetijdsaanbod
- De financiering van de regierol
Voor elk van deze delen wordt per leerling een forfaitair bedrag voorzien:
- De onderwijsinstelling of het lokaal bestuur neemt in zijn aanvraag een inschatting op van het aantal leerlingen dat men maximaal wil bereiken. Per leerling per dag per zomerschool wordt een subsidie voorzien van 45 euro voor de organisatie van een onderwijsaanbod en het vrijetijdsaanbod (sport, cultuur,…).
- In het geval een lokaal bestuur een regierol opneemt voor zomerscholen is er een extra financiering voorzien. De regierol kan worden opgenomen voor alle maar zeker voor minimum 2 scholen. Lokale besturen ontvangen voor de regierol 20 euro per leerling voor de volledige duur van de zomerschool.
- Onderwijsinstellingen die geen beroep doen op de regierol van een lokaal bestuur ontvangen een extra subsidie van 5 euro per leerling voor de periode van de zomerschool, voor de indirecte kosten.
Na afloop van de zomerschool zullen de effectieve leerlingenaantallen worden opgevraagd. Het doorgeven van de effectieve leerlingenaantallen achteraf betekent dat organisatoren de aanwezigheden van de leerlingen moeten bijhouden.
De subsidie wordt in 2 keer uitbetaald. Na de goedkeuring van de aanvraag wordt een voorschot van 50% betaald op basis van het geschatte deelnemersaantal. Na afloop van de zomerschool, wordt op basis van de effectieve deelnemersaantallen en de financiële verantwoording het eventuele saldo uitbetaald.
De financiering van de zomerscholen voorziet in een subsidiebedrag op basis van het aantal leerlingen dat effectief heeft deelgenomen aan de zomerschool. Maar, deze subsidie kan nooit meer bedragen dan het totaal van de gemaakte kosten, aangezien reservevorming is uitgesloten.
Na afloop van de zomerschool dient ook een financieel verslag te worden opgemaakt (art. 75 van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën). Dit verslag omvat het kostenoverzicht en de uitgavenbewijsstukken; het elektronisch verantwoordingsformulier dat de Vlaamse overheid daarvoor aanbiedt is laagdrempelig en dynamisch, zodat je onmiddellijk kan zien hoeveel het nog te betalen saldo bedraagt of hoeveel voorschot zal worden teruggevorderd. De verantwoordingstukken hoef je niet mee op te sturen. Het is voldoende om deze ter beschikking te houden voor eventuele controle. Ook de aanwezigheidslijsten van de leerlingen houd je ter beschikking.
In de Vlaamse begroting wordt voor de zomerscholen 2024 een budget van maximaal 10 miljoen euro uitgetrokken. Als de beschikbare begrotingskredieten van de Vlaamse Gemeenschap voor de organisatie van zomerscholen niet toelaten om de hoger vermelde forfaitaire bedragen per leerling toe te kennen, dan worden deze bedragen pro rata verminderd van de beschikbare begrotingskredieten.
9. Communicatie
Het is belangrijk dat de ouders en leerlingen op voorhand voldoende geïnformeerd worden over de inhoud en de doelstelling(en) van het aanbod.
De organiserende scholen en lokale besturen zijn verantwoordelijk voor de communicatie en het up-to-date houden van hun zomerscholenaanbod. Als het lokaal bestuur een regierol opneemt, is dat lokaal bestuur verantwoordelijk voor de communicatie over het volledige zomerscholenaanbod op het eigen grondgebied. De Vlaamse Overheid voorziet op haar website een overzichtspagina met linken naar de verschillende zomerscholen, georganiseerd door scholen en/of lokale besturen.
10. Ondersteuning
Bekijk de pagina met ondersteunend en inspirerend materiaal, raadpleeg het materiaal dat in opdracht van de Vlaamse overheid al werd ontwikkeld en de info over dynamoOPWEG. Een cultureel aanbod op maat van scholen vind je terug op cultuurkuur.be.
Binnen het budget van 10 miljoen euro lanceert de Vlaamse Overheid een oproep voor een begeleiding om organisatoren te ondersteunen en ontzorgen. Daarnaast komt er ook een oproep om zomerscholen nog meer bekend te maken en om het aanbod en deelname aan zomerscholen te vergroten. Deze beide opdrachten zullen door externe organisaties worden opgenomen.
Dien je aanvraag in via het e-formulier.
Deadline: 31 mei 2024
Bekijk een blanco aanvraagformulier (pdf, 27p.) (501 kB).
Raadpleeg de richtlijnen voor financiële verantwoording (pdf, 5p.) (115 kB).