- Evaluatie als proces
- Wie zijn mijn evaluatoren?
- Evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’
- Extra informatie
Evaluatie als proces
- Bij de start van je evaluatieproces moet je een functiebeschrijving (FB) hebben. Je functiebeschrijving is de individuele toetssteen voor je functioneren: zo weet je wat van jou verwacht wordt en waarop je geëvalueerd wordt.
- Evaluatie is een proces van coaching en begeleiding. Er moeten dus regelmatig overlegmomenten tussen jou en je eerste evaluator zijn.
- Functioneringsgesprekken kunnen informeel, dan wel formeel georganiseerd worden. Enkel wanneer er ernstige tekortkomingen worden vastgesteld, moet je eerste evaluator een formeel functioneringsgesprek met je houden en daarvan een verslag opmaken met daarin een aantal persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen (POD). Op dat ogenblik start een coachingstraject van minstens 120 dagen effectieve prestaties waarna een evaluatiegesprek volgt.
Wie zijn mijn evaluatoren?
- Je eerste evaluator is verantwoordelijk voor het geheel van je evaluatieproces: geïndividualiseerde functiebeschrijving, functioneringsgesprek, coaching, en eventueel een evaluatiegesprek en -verslag.
- Je tweede evaluator bewaakt de kwaliteit van je evaluatieproces en ondersteunt daarbij zowel jou als je eerste evaluator, maar kan nooit de plaats van deze laatste innemen.
In het gemeenschapsonderwijs duidt de directeur van de onderwijsinstelling de evaluatoren aan, in het gesubsidieerd onderwijs het school- of centrumbestuur. Bij de aanduiding van de evaluatoren moeten een aantal wettelijk vastgelegde basisprincipes worden nageleefd.
Evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’
In uitzonderlijke gevallen kan een evaluatie resulteren in een eindconclusie ‘onvoldoende’.
De gevolgen van een eindconclusie ‘onvoldoende’ zijn verschillend naargelang je:
- Een tijdelijk personeelslid bent: 1 ‘onvoldoende’ leidt tot ontslag.
- Een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur (TADD) hebt of vastbenoemd bent: ontslag volgt na 2 opeenvolgende onvoldoendes of 3 onvoldoendes over de hele loopbaan. Na een evaluatie met als eindconclusie ‘onvoldoende’ moet je opnieuw een coachingstraject van 120 dagen effectieve prestaties doorlopen vooraleer je opnieuw kan geëvalueerd worden. Effectief presteren betekent dat een afwezigheid wegens ziekte niet meetelt voor de bepaling van de periode van 120 dagen.
In beroep gaan
College van beroep
Bij een evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’ kan je in beroep gaan via een college van beroep. De regeling inzake de beroepsprocedure en de werking van het college van beroep vind je in een apart besluit van de Vlaamse Regering.
Kamer van beroep
Wil je in beroep gaan tegen een:
- Tuchtstraf
- Preventieve schorsing
- Ontslag om dringende redenen
Dan kan dat bij de kamer van beroep. Vind de regelgeving voor personeelsleden van het GO! en voor personeelsleden van het gesubsidiëerd onderwijs.
Lees meer over hoe je een beroep kan indienen.
Extra informatie
Verwante pagina's
- Functiebeschrijving en evaluatie: een proces
- Je functiebeschrijving
- In beroep tegen evaluatie onvoldoende, tuchtmaatregel, preventieve schorsing en ontslag om dringende redenen
Regelgeving
- Decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs (27 maart 1991)
- Decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs (27 maart 1991)
- BVR beroepsprocedure na evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’ en college van beroep (24 januari 2008)
- Omzendbrief functiebeschrijving en evaluatie (PERS/2007/09)