Afzondering en fixatie in het onderwijs zijn geen vanzelfsprekende acties. Jonge mensen en kinderen zijn vaak kwetsbaar en deze maatregelen hebben dan ook een grote impact.
In uitzonderlijke situaties waar de leerling/interne en/of zijn omgeving in gevaar is, is het mogelijk dat afzondering en fixatie noodzakelijk zijn.
De regels rond afzondering en fixatie leggen op een duidelijke en strikte manier vast wanneer deze maatregelen mogen ingezet worden in het onderwijs (basis- en secundaire scholen en onderwijsinternaten). Die regels vertrekken vanuit de bescherming van de rechten van het kind.
Wat?
Afzondering en fixatie zijn de 2 meest verregaande vormen van vrijheidsbeperkende maatregelen.
Vrijheidsbeperkende maatregelen zijn alle maatregelen die een beperking van keuzevrijheid en/of contact met de buitenwereld van de leerling/interne inhouden. Ze zijn uiteenlopend: van washandjes gebruiken om zelfverwonding te vermijden tot iemand op een blijfstoel zetten om prikkels te verminderen en escalatie te vermijden.
Enkel voor afzondering en fixatie voorziet de decreetgever een strikt en eenduidig kader dat van toepassing is op onderwijsinstellingen. Alle andere vrijheidsbeperkende maatregelen behoren tot de autonomie en het beoordelingsvermogen van scholen, centra en onderwijsinternaten.
Afzondering
Een leerling/interne verblijft in een daartoe speciaal voorziene individuele afzonderingskamer die hij/zij niet zelfstandig kan verlaten. Iemand in de hoek of in een aparte, niet-afgesloten ruimte plaatsen, is geen afzondering.
De afzonderingsruimte moet voldoen aan specifieke voorwaarden. Ze moet veilig zijn en de leerling/interne moet zich kunnen oriënteren.
Lees de exacte voorwaarden waaraan een afzonderingskamer moet voldoen.
Fixatie
Elke handeling of elk gebruik van materiaal beperkt, verhindert of belemmert de bewegingsvrijheid van de leerling/interne, waardoor hij/zij niet zelfstandig zijn/haar bewegingsvrijheid kan herwinnen.
Er bestaan 3 vormen van fixatie:
- Fysieke interventie: één of meerdere personen houd(t)(en) een leerling/interne vast. Iemand immobiliseren of gecontroleerd (laten) verplaatsen is ook een fysieke tussenkomst.
In een aantal gevallen is er geen sprake van fysieke interventie. Het gaat om handelingen die een personeelslid van een onderwijsinstelling stelt zoals ook een verantwoorde ouder die handeling zou stellen. Een voorbeeld is een zesjarige leerling bij de hand nemen zodat de leerling niet op straat zou lopen. Een ander voorbeeld is twee kinderen uit elkaar halen die op de speelplaats aan het vechten zijn (als het om een korte interventie gaat). - Mechanische fixatie: één of meerdere personen ma(a)k(t)(en) een leerling/interne vast met mechanische hulpmiddelen, die hij/zij niet zelfstandig kan verwijderen.
Hulpmiddelen die de fysieke houding van een persoon ondersteunen of corrigeren, vallen niet onder mechanische fixatie, zolang ze voor hun daadwerkelijke doel gebruikt worden. Denk daarbij aan een stoel met borstfixatie om een leerling met cerebrale parese (hersenverlamming) rechtop te helpen zitten. - Medicamenteuze fixatie: de leerling/interne ondergaat een fixatie door middel van kortstondig of langdurig gebruik van medicatie. Binnen de onderwijscontext wordt deze vorm van fixatie niet opgenomen in de definitie van fixatie. Medicamenteuze fixatie toedienen is een medische behandeling. Hierop is andere regelgeving van toepassing.
Wanneer gebruiken?
Afzondering en fixatie zijn verboden.
Enkel onder strikte voorwaarden zijn afzondering en fixatie in uitzonderlijke situaties toegestaan. Het wettelijk kader legt twee situaties vast waarbij afzondering en fixatie in de onderwijscontext mogen toegepast worden:
- Bij ernstig en acuut gevaar
- Bij potentieel gevaar:
- Om acuut en ernstig gevaar te voorkomen, zoals een leerling afzonderen in een aparte ruimte in de klas om escalatie te voorkomen
- Om de ontwikkelings- en ontplooiingskansen van de leerling/interne te bevorderen, zoals een leerling een polsbandje aandoen om te verhinderen dat hij/zij anderen krabt zodat hij/zij mee kan gaan op een schooluitstap
Voorwaarden bij afzondering en fixatie bij ernstig en acuut gevaar
- De maatregel wordt enkel als laatste redmiddel ingezet.
- De maatregel duurt zo kort mogelijk.
- De maatregel is in de mate van het mogelijke aangepast aan de leerling/interne. Wanneer de school de maatregel toepast, schat ze het effect op de leerling in kwestie in en stuurt ze bij indien nodig.
- De school zoekt continu naar minder ingrijpende alternatieven.
- De school neemt passende maatregelen om medische bijstand te verzekeren.
- Er moet tijdens de fixatie of de afzondering regelmatig contact zijn met de leerling/interne met de focus op het welbevinden.
- Na het toepassen van de maatregel brengt de school de ouders zo snel als mogelijk op de hoogte en volgt er een nabespreking met de ouders en de leerling/interne. De school registreert eventuele opmerkingen van de leerling/interne en de ouders over het verloop van de maatregel.
Mechanische fixatie bij ernstig en acuut gevaar is altijd verboden bij leerlingen/internen die jonger zijn dan 12 jaar.
Voorwaarden bij afzondering en fixatie bij potentieel gevaar
- Instemming van de leerling/interne en/of ouders is noodzakelijk. De school/ het onderwijsinternaat communiceert op een duidelijke manier hoe de leerling/interne en/of de ouders hun instemming geven met de vooropgestelde maatregel(en) en hoe ze eventueel hun instemming kunnen herroepen.
- De maatregel wordt enkel als laatste redmiddel ingezet.
- De school/ het onderwijsinternaat zoekt continu naar minder ingrijpende alternatieven.
- Er moet tijdens de fixatie of de afzondering regelmatig contact zijn met de leerling met de focus op het welbevinden.
- Na het toepassen van de maatregel brengt de school de ouders zo snel als mogelijk op de hoogte en volgt er een nabespreking met de ouders en de leerling/interne. De school registreert eventuele opmerkingen van de leerling/interne en de ouders over het verloop van de maatregel.
Preventie en beleid
Scholen en onderwijsinternaten moeten zich bewust zijn van de impact van vrijheidsbeperkende maatregelen op een leerling.
Scholen en onderwijsinternaten schatten zelf de kans in dat zij de maatregelen zullen moeten toepassen. Als de kans daartoe reëel is of als ze eerder dergelijke maatregelen hebben genomen, moeten ze een alomvattend preventiebeleid opstellen.
Daarnaast is het noodzakelijk leerlingen individueel te benaderen om vrijheidsbeperkende maatregelen te vermijden.
Ouders en leerlingen kunnen het beleid rond (de preventie van) afzondering en fixatie terugvinden in het schoolreglement of het internaatreglement.
Registratieplicht
Scholen en onderwijsinternaten hebben een registratieplicht, maar ze beslissen zelf op welke manier. Elke keer dat een school of onderwijsinternaat afzondering of fixatie toepast, moeten enkele cruciale gegevens geregistreerd worden:
- De omstandigheden
- De aanleiding of reden
- Het algemene verloop van de maatregel
- Het tijdstip van begin en einde van de maatregel